bestaat ' toeval dan toch?
Toevel werd bedacht in 1782 tijdens een conferentie over (on)verklaarbaarheden; 'Why
He Associated Horses, Apes, Heraldry And Herpes Accidents'. Zoals de titel al verraad had het een anti-monarchistische inslag en was de conferentie, nog voor de Franse revolutie, een riskante aangelegenheid.
De vele beroemde aanwezige geleerden wisten best hoe de natuurwetten werkten, waar de Aarde vandaan kwam, het belang van het getal 42, en waarom in-breeding bij koningshuizen geen positieve gevolgen had. Ze vreesden echter voor hun leven doordat de machtshebbers, die elk inzicht misten, geen voorstanders voor hun antwoorden waren - koppen konden rollen. Liegen daarentegen ging tegen de beroeps-code en hun algehele morele overtuigingen. Een probleem.
Bij deze conferentie werd besloten dat voorgaande pijnlijke vragen simpelweg heel, heel erg moeilijk was. Zo moeilijk dat het wel kon worden onderzocht, maar dat dit veel, heel veel tijd en geld kostte. Tevens werden er enige onzekere variabelen ingevoerd. Zo werd er besloten dat er een deeltje moest komen dat op een totaal willekeurig moment zou vervallen en daarbij straling zou uitzenden. Dit deeltje hoorde pas tientallen jaren later te worden ontdekt. Door dit kleine beetje toeval, stond de rest van de wetenschap ineens ook op losse poten en konden de machtshebbers zonder gewetensbezwaren naar de mond worden gepraat.
Toeval werd een alom ingeburgerd begrip, getuige het eerste bekende geschrift van Nicolaas Beets uit 1838 waarin hij de volgende passage schrijft:
"Willemientje! Kom snel! Een koe is op ons Jan gaan zitten!"
- "Dat hadden wij de dag voor gisteren. Toeval is een kwade meester."