Zuster Marianne, pas in het klooster ingetreden, moest bij Moeder overste komen.
Moeder Overste had namelijk nogal wat aanmerkingen op de manier waarop Zuster Marianne gekleed ging. Niet zozeer op de burgerkleding, want er was nog geen passend habijt voor de novice. Maar wel op de opzichtige manier waarop ze zich gedroeg. Make up, hoge hakjes, een mp3-speler, het hoorde toch niet echt bij het kloosterleven.
''Zuster Marianne, vertel eens, hoe komt het toch dat je er zo opzichtig bijloopt, dat zijn we hier niet gewend.''
En zuster Marianne begon: "Iedere vrijdag krijg ik bezoek van mijn vriend, en als hij na een uurtje weer weggaat, ligt er 100 euro op het nachtkastje, en daar koop ik die leuke spulletjes van''.
Moeder Overste viel haast achterover van verbazing. "100 euro? Ongelofelijk. Dan kan meneer Pastoor barsten met zijn bidprentjes''.