Samenvatting twee, Universeel Experiment, Edmund Cooper
De vier bewoners, Richard, Barbara, Tom en Mary konden niet veel anders doen dan zich voorlopig maar in hun lot schikken. Degenen die hen dit hadden aangedaan, zouden vroeger of later wel ter verantwoording worden geroepen, zo had Richard, die met algemene stemmen was gekozen tot leider van de groep, zich voorgenomen.
Zoals gezegd, de dagelijkse taken werden een beetje traditioneel verdeeld. Maar dat had ook een praktische reden. Zolang ze niet wisten welke gevaren men zou tegenkomen, leek het gewoon beter de fysiek sterkere mannen de taak te geven om erop uit te trekken, om op zoek te gaan naar eetbare zaken, zoals fruit en gemakkelijk te vangen dieren.
Tom bleek in zijn meegekregen bagage een pistool te hebben met 50 patronen. Toevallig net zo eentje als hij in zijn aardse bestaan in zijn nachtkastje had. Dat pistool zou men zo weinig mogelijk gebruiken. Het was immers slechts voorzien van een vijftigtal patronen. Toch moest er een proef-schot worden gelost, anders zou men in tijden van nood weleens erachter kunnen komen dat het niet werkte.
nadat Tom het een keer had gebruikt om een dier neer te schieten, werd onder fel protest van Tom besloten het pistool niet buiten hun kamp te gebruiken. Er was immers genoeg materiaal voorhanden om ander, en in sommige gevallen effectiever, wapentuig te maken.
Op een gegeven ogenblik zag Mary niet ver van het kamp een man lopen. De anderen konden het maar moeilijk geloven, maar Mary wist het zeker, ze kon hem zelfs zeer nauwkeurig beschrijven. Een stuk groter dan een mens zoals zijzelf, met lange, goudkleurige haren.
Het voorval zorgde ervoor dat de vier toch wat voorzichtiger werden, want behalve een ontmoeting met een neushoornachtig dier, dat ze gemakshalve een rhinotyp noemden, net zoals ze de zespotige konijnachtige dieren die ze vaak voor hun vleesvoorziening vingen, konityp noemden, behalve die ontmoeting dus, waren ze nog niet echt in gevaarlijke situaties verzeild geraakt.
Richard zat de ontdekking van Mary bepaald niet lekker. Als ze het bij het rechte eind had, dan zou het weleens kunnen betekenen dat aan hun relatief zorgeloos bestaan snel een eind zou kunnen komen. Want dat wezen zou best eens tot de lokale bevolking kunnen behoren, die de 4 volkomen terecht als indringers zouden zien. Toch zou het nog een hele tijd duren voordat het echt tot een confrontatie zou leiden, en dat was maar goed ook.
Langzaam begon iedereen te wennen aan een vast dagpatroon. De morgen, wanneer de temepratuur het beste was, gebruikten ze om de dagelijkse werkzaamheden te verrichten, de middag gebruikten ze dan om wat te luieren aan het strand, waarbij ze af en toe zelfs een duik in de zee namen.
Op een dag gebeurde dan toch, waar Richard zo bang voor was geweest. Tom en hij zagen het al op een afstand. De rookpluimen boven hun kamp deden het ergste vermoeden. Zo snel ze konden, gingen ze terug naar het kamp, waar ze een ravage aantroffen. 1 van de tenten was volkomen weggevaagd, ze was ten prooi gevallen aan een brand.