ik lees nu het boek van de millennium reeks
Wat ons niet doden zal - David Lagercrantz.
Eerste 100 bladzijden zijn in ieder geval boeiend.
Zover ben ik nu ook ongeveer. Sluit op een mooie manier aan op de trilogie.
Aanraders die ik (net) uit heb:
IJsland van Ronald Giphart. Is geschreven in een soort van briefvorm door een schrijver die tegelijkertijd optreedt met twee cabaretiers. Springt door de tijd heen, wat in het begin wat irritant en verwarrend is, maar later niet meer. De ik-persoo maakt heftige dingen mee wat zijn hele kijk op het leven overhoop gooit. Meeslepend.
De stiefmoeder van Renate Dorrestein (sowieso 1 van mijn favorieten): tegenhanger van de sprookjes waarn de stiefmoeder altijd de slechterik is. Lekker veel vaart en humor en Est spannend hoe het af gat lopen. Dochter en vader zijn misschien wel over-the-top verwend respectievelijk naïef , maar dat past wel bij de anti-sprookjessfeer.
Gesplitst van Neal Shusterman: Sf-verhaal over een toekomst waarin je als jongere de pech kunt hebben te worden gesplitst. Oftewel: je bent dan 100 % orgaandonor. En daarvoor wordt niet rustig gewacht tot je van ouderdom sterft... Retespannend en met eindlijst wel scherpe analyses van totalitaire regimes. Wel grappig : aan het begin van elk hoofdstuk staan echte citaten die het boek nog meer geloofwaardigheid geven.
Ver weg blijven van:
De artbewaakster van Elle van Rijn. Prachtig uitgangspunt van een vrouw die weet dat ze de loterij gewonnen heeft, alleen (klein detail) het ticket hopeloos kwijt is. Vervolgens verzandt het verhaal in allerlei teleurstellingen die ze moeilijk kan verwerken en onrealistische dagdromen. Ik haakte definitief af bij een masturbatiescene in een opslaghok van het ziekenhuis waar ze werkt.
De kegelwerper van Margriet de Moor: verhaal over rondreizende variété-artiesten in de 18e eeuw. K geloof dat het over jaloezie ging, maar eigenlijk vond ik het doodsaai en kon ik er geen touw aan vastknopen.