Wat ik heel erg mis: het spelelement tussen de opdrachten door. Het lijkt wel alsof het spel alleen tijdens opdrachten aan de gang is, want dan kan er 's avonds weer over koetjes en kalfjes gesproken worden door kandidaten die elkaar al dan niet persoonlijk kennen.
De Mol moet dag en nacht actief zijn. Hij moet jokers jatten, wekkers uitzetten zodat de kandidaten zich verslapen voor de eerste opdracht, rugzakken verstoppen, banden van vervoermiddelen lek prikken, slaapmiddel in het eten mengen. De Mol moet weer een echte spion worden. Iemand die de hele groep op de kast krijgt en de kandidaten zo afmat dat ze uberhaupt geen opdrachten meer kúnnen halen. Ik wil weer het gevoel krijgen dat ik wekelijks naar een spannende spionagefilm zit te kijken. Het is allemaal veel te plichtmatig geworden, met soms de meest ingewikkelde en gekunstelde opdrachten, terwijl het daar eigenlijk helemaal niet om gaat. Het gaat om de sfeer, om het idee.
De productie moet zorgen dat deze component van het spel terugkomt. Laat de kandidaten meer overnachten in hutjes alwaar ze hun eigen potjes moeten koken, in plaats van in vijfsterrenhotels. Laat ze desnoods kamperen. Geef de mol de mogelijkheid om de groep te ontregelen. Organiseer eventueel proeven die de hele nacht duren, zoals tijdens de legendarische tweede serie in Schotland, om dit effect aan te wakkeren.