Ik zie ook nog niet hoe dit naar de mol leidt eigenlijk.
"Ajouad valt af -> kans dat de mol een man is neemt af", daar ga ik in mee. De kans was eerst 4/8 en wordt nu 3/7, en 3/7 is minder dan 4/8. Maar volgens mij kun je daar géén voorkeur voor eender welke kandidaat uit halen. Eerst had iedereen 1/8 kans om de mol te zijn, nu heeft iedereen 1/7 kans om de mol te zijn. Toch? Of is er een deelnemer die volgens jouw theorie op dit moment méér dan 1/7 kans heeft de mol te zijn? Of minder dan 1/7? En zo ja, wie, en waarom? En wat is die kans dan?
Of is de hele theorie gestoeld op een
aanname die zegt dat de mol weinig overeenkomsten heeft met de afvaller? Of juist veel? Als je zo'n aanname doet, waar komt die aanname dan vandaan?
Ik haal even een eerder citaat van jou aan:
Pieter is eruit. Je weet dus dat de antwoorden die op Pieter slagen fout zijn of minder kans zijn op om juist te zijn.
Bv. De mol had 5/10 kans om een vrouw te zijn en 5/10 om een man te zijn. Nu is dat 5/9 om een vrouw te zijn en 4/9 om een man te zijn.
Dit is volgens mij hetzelfde als wat ik zeg. Elke kandidaat had eerst kans 1/10 om de mol te zijn - dat is gelijk verdeeld - en nu heeft elke kandidaat kans 1/9 om de mol te zijn - dat is nog steeds gelijk verdeeld. Volgens mij is dat dezelfde conclusie als die ik trek zonder overeenkomsten te tellen.
Ik heb zo het idee dat dit helemaal niet werkt. Als Ajouad afvalt, dan is het enige dat je weet
- Ajouad is niet de mol
- Ajouad heeft meer fouten gemaakt in de test dan de anderen
Dus als je van een bepaalde testvraag weet wat
Ajouad heeft geantwoord, dan kun je iets zeggen als "de kans dat dat antwoord fout is, is groter dan de kansberekening voorschrijft, want we weten dat hij veel fouten heeft gemaakt".
Andersom kun je dat ook zeggen van elke testvraag waarvan je weet wat
iemand anders heeft geantwoord. Als je Chris een testvraag ziet beantwoorden, dan kun je zeggen: de kans dat zijn antwoord goed is, is groter dan gemiddeld, want latere informatie heeft uitgewezen dat Chris de test niet als slechtste heeft gemaakt. Dus als Chris zegt, de mol is een man, dan is de kans dat de mol een man is iets groter geworden dan 3/7, want in alle denkbare situaties waarin de mol een vrouw was zitten iets meer situaties waarin Chris de afvaller zou zijn geweest.
Maar volgens mij is dat effect echt
héééééél klein. En je kan er alleen iets mee als je
weet wat Chris invult. En voor zover ik weet kunnen we productie er niet op vertrouwen dat het antwoord dat wij het muispijltje zien aanklikken, ook echt door die kandidaat gegeven is op die vraag.
Stel nu dat er een finale is Martine, Marlijn en Rik.
Dan is de kans groter dat de mol een vrouw is
Euh, ja, die kans is 2/3. Maar dat weten we toch nu al? Welke nieuwe informatie voeg je toe? Of is met jouw theorie de kans niet 2/3? En zo niet, wat is dan de kans?