Het dagboek van Pieter:
Ik had van tevoren eigenlijk maar één grote angst: dat ik in de eerste aflevering zou afvallen. Dat ik maanden zou toeleven naar mijn stiekeme avontuur, een lange vlucht naar een onbekende bestemming zou maken, daar in een prachtig hotel na een koud glas champagne mijn eerste aantekeningen in het molboekje zou maken, de groep een beetje zou leren kennen, me de volgende dag vol enthousiasme op het eerste spectaculaire Mol-spel zou storten, zelfverzekerd de test zou invullen, en vervolgens in m’n eentje de eerste vlucht naar huis zou moeten nemen.
Beduusd binnen drie dagen met een koffer vol nog schone kleren op Schiphol terugkeren, dat was mijn nachtmerrie.
En natuurlijk: die eerste test is een loterij. Je hoort het ze elk jaar zeggen. Je hebt nog geen idee waar je op moet letten, het is gewoon een kwestie van kansen spreiden en er het beste van hopen. Dat klopt. Je hebt echt geen flauw idee. Ik had per tien minuten een andere verdachte: iemand keek naar beneden tijdens de uitleg van Art, iemand schreef te veel of juist te weinig op, iemand nam de leiding, iemand wachtte af, iemand liep ’s nachts nog door het hotel, iemand was wel heel erg stil, iemand zat wel heel erg veel te praten. Als je wil kun je binnen twee dagen gillend gek worden van dit spel.
Ik heb keurig gespreid in de test, op een aantal van mijn meest verdachte kandidaten. Maar ik was ook heel zenuwachtig. Ik wilde door met het spel, meer informatie verzamelen, zodat ik met meer overtuiging de volgende test zou kunnen invullen. Ik hoopte maar gewoon dat ik deze eerste test zou overleven, en dan zou het spel écht kunnen beginnen. En dan zit je daar ineens op die lullige houten stoeltjes, in een Sri Lankese tempel, zonder schoenen, terwijl achter Art iemand doodgemoedereerd een vastgeketende olifant staat te schrobben. Het eerste groene scherm. Het tweede groene scherm. Je schuift een beetje zenuwachtig over je stoel. Het derde groene scherm. Nog steeds jouw naam niet. Het vierde groene scherm. Het vijfde. Nu weet je: gevarenzone. Nog een groen scherm. Tot Art uiteindelijk met dat uitgestreken gezicht van hem (hij geniet er stiekem van, die spanning op tien onschuldige kandidatengezichtjes) jouw naam zegt. En na een paar seconden waarin je hart in je keel klopt verschijnt het rode scherm.
Daarna is het zoals het soms in een film gaat: ineens zie je in een paar flitsen een taxi, een vliegtuig, de zon gaat onder, de zon komt op, Schiphol, nog een taxi, je eigen voordeur, en plotseling zit je weer thuis op de bank alsof je nooit bent weggeweest een beetje wezenloos voor je uit te staren.
Ik wist trouwens binnen een uur na mijn vertrek wie de Mol is. Zodra alle spanning wegviel en ik niet meer hopeloos op zoek hoefde naar aanwijzingen, kwamen er in een soort brainwave ineens drie of vier gebeurtenissen langs die voor mij onmiskenbaar duidelijk maakten dat ik de Mol aan het werk heb gezien. Ik slaakte een korte kreet van euforie, riep een paar keer “zie je wel!” en “hahaaa, ik heb je!”, maar toen ik de geïrriteerde blik van de slaperige Arabier naast me in het vliegtuig zag, en de stewardess kwam vragen of ik me wel lekker voelde, realiseerde ik me weer dat ik een paar uur te laat was met mijn fenomenale ontmaskering. Ik zal hem tot 5 maart voor me moeten houden.
Zuur is het goede woord. Heel zuur. Maar goed, aan de andere kant: als eerste afvallen is óók een goed verhaal. Ik heb in elk geval meegedaan aan Wie is de Mol, al heb ik dan geen vrijstelling, joker, geld, geheim briefje van de Mol of lasergun in mijn handen gehad. En als eerste afvaller kun je in elk geval nog zeggen: het is een loterij. In die zin zou dit ook een unieke wending in mijn leven kunnen zijn. Tot nu toe won ik in geen enkele loterij welke prijs dan ook. En nu, met een kans van 1 op 9, ga ik er gewoon meteen met een vliegticket vandoor! Hatsekidee. Goed voornemen voor 2015: krasloten kopen. Zoveel mogelijk. Blijkbaar zijn de sterren me goed gezind dit jaar. En zo niet, dan heb ik de komende negen afleveringen in elk geval wat te krassen, terwijl ik me thuis op de bank zit te verbijten.
---
Dagboek van de mol
Beste Molfans, zoals jullie hebben gezien in de eerste aflevering heb ik meteen van me laten horen.
De Mol opereert in het donker maar ik stel prijs op wat persoonlijk contact. Zeker als ik mijn opponenten ertoe aan kan zetten mij te helpen een historisch lage pot te realiseren dit seizoen. En ik ben aardig op weg.
Nul euro in de pot na de eerste opdrachten. Dat is een fijn gevoel.
Het persoonlijke contact helpt mij ook om in te schatten wat voor vlees ik in de kuip heb. Zwak? Of sterk? Egoïstisch of juist sociaal? Hoe beter ik mijn onschuldige reisgenoten leer kennen, hoe verfijnder ik ze kan bespelen. Ik wens jullie een mooie reis. En Pieter? Ik ga je missen!
De Mol