Open brief aan Minister Donner
Op dit moment wordt op internet een grote e-mail kettingbrief rondgestuurd die door tientallen cabaretiers, schrijvers, kunstenaars, musici, cineasten en anderen ondertekend. Dit naar aanleiding van de uitspraken van Mr. Normen en Waarden, minister Donner, dat 'Godslastering' aangepakt moet worden. Inmiddels heeft ook de Tweede Kamer verontwaardigd gereageerd. De kans is groot dat het artikel over Godslastering uit het rechtboek van strafrecht geschrapt wordt.
De open brief:
Geachte meneer Donner,
Op het CDA-congres van afgelopen weekend kondigde u aan te zullen onderzoeken of het wetsartikel tegen godslastering strenger kan worden gebruikt.
Deze uitspraak roept bij cabaretiers, schrijvers, kunstenaars, theatermakers, cineasten en anderen die zich op creatieve wijze uiten in het publieke debat vele vragen op, waarvan we u de meest pregnante willen stellen.
Kunt u ons de definitie van Œsmalende godslasterlijkheid¹ geven en dit gaarne toelichten met enkele voorbeelden? In warrige tijden is niets zo belangrijk als helderheid en duidelijkheid.
Acht u het verstandig om in een tijd waarin de vrijheid van meningsuiting een onvoorstelbare dreun heeft gehad, een onderscheid te maken tussen beledigde gelovigen en beledigde ongelovigen, of valt onder 'smalende godslastering¹ ook het beledigen van andere levensovertuigingen als bijvoorbeeld vrijdenken of atheïsme? Als dit niet het geval is, willen wij graag weten waarom niet. U stelde dat uw oproep niets te maken had met uitspraken van Theo van Gogh. Met welke uitspraken van wie dan wel? Graag met naam en toenaam. Kunt u aangeven welke uitspraken u in de toekomst vreest?
Als een cabaretier, kunstenaar, schrijver, columnist, cineast, theatermaker of iemand anders die zich op creatieve wijze mengt in het publieke debat een ironisch, sarcastisch of satirisch bedoelde grap of opmerking maakt die kwetsend of godslasterlijk kan worden opgevat, riskeert hij of zij dan een boete of celstraf?
Moeten mensen die het ridiculiseren, belachelijk maken en het aan de kaak stellen van religies en de extreme uitwassen daarvan, nu - behalve terroristen - ook de wet vrezen? Met andere woorden: kunnen wij nog zeggen wat we willen, en worden we daar wellicht nog in beschermd?
Zo niet: tot ziens in de rechtszaal.
Met vriendelijke groet,
Diederik Ebbinge
Ronald Giphart
Hans Teeuwen
Initiatiefnemers
Geplaatst op: 17-11-2004
(id-t.com)